Schokker wortels gaan diep
Nazaten bewoners Schokland voelen pijn uit vorige eeuw
Alsof het een scheepslading.verloren gewaande schapen betrof. Zo warm werden de Schokker nazaten zaterdag onthaald in het Overijsselse Vollenhove. Het halve stadje was uitgelopen om “die boot vol Schokkers” in ogenschouw te nemen, op de gevoelige plaat vast te leggen en - zodra de loopplank uitlag - te omhelzen.
Het eilandje Schokland is al 129 jaar onbewoond en al 46 jaar geen eiland meer. Maar de nakomelingen van de eilandbewoners voelen nog steeds een band met die ene plek in de Noordoostpolder. Afgelopen zaterdag waren ze naar Vollenhove getogen voor het jaarlijkse dagje uit van hun Schokkervereniging. Ontroerd waren ze, de Schokkers en Schokkerinnen, zoals de nazaten officieel te boek staan, bij het ontwaren van de verrassing in de pal aan het haventje gelegen Grote Kerk: het Emmeloorder operettekoor had zich speciaal voor deze gelegenheid in het traditionele Schokker kostuum gehesen en een ‘afscheidslied aan Schokland’ ingestudeerd.
Dat de woede om het aangedane leed en de haatgevoelens jegens hogere instanties nog altijd sluimerend aanwezig zijn in het nageslacht, werd duidelijk uit het lied dat vol overgave werd gezongen op de tonen van het Slavenkoor uit Verdi's Nabucco:
Vaarwel Schokland, wij gaan je verlaten,
Het is de wil van de Provinciale Staten.
Niemand kent onze pijn door dit besluit van hogerhand,
Wij voelen ons berooid en ontheemd.
Burgemeester. Tuin van Vollenhove verwoordde wat vele buitenstaanders zich reeds in stilte hadden afgevraagd: “Is het pure nostalgie, nieuwsgierigheid of een gevoel van onbehagen over hetgeen uw voorouders is aangedaan onder koning Willem III, dat u vandaag hier bijeen bent?” Volgens vice-voorzitter
Mevrouw Mast uit het Drentse Rooden is wat je noemt een ‘echte fan’ van het voormalige eiland: “Ik knip alles uit over Schokland, ik denk dat ik er wel honderd keer ben geweest. Je komt er gewoon niet los van”. En mevrouw Krol uit Kampen vindt het “echt leuk om nazaat te zijn. Ze hebben daar zo bekrompen geleefd”. Of de Schokker nazaten nog bepaalde trekken vertonen? “Nou, we worden niet zeeziek.” Een meneer verkeert nog in gespannen afwachting van het onderzoek dat is ingesteld naar zijn mogelijke Schokker voorvaderen. “Maar ik ben toch maar vast gekomen vandaag, het is hier veel te leuk. Ik zeg altijd maar: je moet net zo ver kruipen alsje gaan kunt.”
Bron: NRC van 05-09-1988, Friederike de Raat.