

In het centrum van Emmeloord hadden de tien ‘groendorpen’ elk een presentatie voorbereid.
De Schokkervereniging deed mee met Ens, en liet het Koninklijke gezelschap zien dat 135 jaar na de ontruiming Schokland nog steeds leeft in de harten van de nazaten.
Kroonprins Willem-Alexander kreeg geschiedenisles van voorzitter Ben Kroes, die hem nog wel even fijntjes liet weten dat hij als afstammeling van Koning Willem III nog wel wat goed te maken had. Kroes: “ik heb hen gezegd dat al;les vergeven en vergeten is als hij beschermheer wordt van onze vereniging. Tot mijn verbazing ging de kroonprins daar heel serieus op in. Hij vertelde me dit stukje Zuiderzeehistorie helemaal niet te kennen. Direct ja op ons verzoek heeft hij niet gezegd, maar hij klonk heel beslist in zijn belofte binnenkort contact met ons op te nemen. Ja hoor, die wordt wel beschermheer. Daar heb ik nu alle vertrouwen in.“


Er waren eerst twee gescheiden bijeenkomsten van Het Flevo-landschap en de Schokkervereniging. In de kerk op de Middelbuurt vond een besloten bijeenkomst plaats van de Schokkervereniging. Het Flevo-landschap verzorgde een programma in Restaurant Schokland waarin de restauratie en het werelderfgoed centraal stonden
Geen emotionele begrafenis maar een 'begraving met gefascineerde ontroering'. Met die woorden kenmerkte staatssecretaris Cees van Leeuwen de teraardebestelling van de stoffelijke resten van 147 Schokkers.
De resten van deze mensen zijn in 1940 in de 14de-eeuwse kerk op Schokland opgegraven voor wetenschappelijk onderzoek. Toenmalig onderzoeker Arie de Froe van de Universiteit van Amsterdam concludeerde dat op Schokland het oertype van de Nederlander zou moeten wonen (zie ook hier). Vanwege de geïsoleerde ligging van het eiland zou de bevolking nauwelijks door de buitenwereld zijn beïnvloed. De Schokkers zouden volgens De Froe mogelijk zelfs verwant zijn aan de Neanderthalers. Het Academisch Medisch Centrum in Amsterdam bewaarde de botten in de 'antropologische studiezaal', waar ze na het stukgelopen onderzoek in de vergetelheid raakten.
De Schokkervereninging kwam de beenderen vijftien jaar geleden op het spoor, zie De tweede ontruiming van Schokland (1940) en beijverde zich voor de terugkeer van de resten van hun voorvaderen op het voormalig eiland.
De meeste stoffelijke overschotten zijn in december 2002 al begraven in de nieuwe grafkelders in het 'schip' van de gerestaureerde kerkruïne op de zuidpunt (zie de twee foto's onderaan dit artikel). Nu de renovatie achter de rug is, is er ruimte om de menselijke resten weer onder de kerkvloer te begraven. Bij de restauratie kwamen nog meer botten tevoorschijn rondom de kerk. Het zijn de restanten van een onbekend aantal zelfmoordenaars, slachtoffers van epidemische ziekten en drenkelingen van wie de godsdienst niet bekend was. Christenen werden namelijk in de kerk begraven.
Op 7 mei 2003 was de herbegrafenis van de laatste teruggevonden Schokker.


Meer dan zestig jaar moesten de stoffelijke overschotten wachten in een duister en vergeten hoek van de antropologische studiezaal, zoals staatssecretaris Van Leeuwen het omschreef. De gedachte achter het overigens nooit uitgevoerde onderzoek: de Schokkers zouden weleens rechtstreekse afstammelingen kunnen zijn van de Middeleeuwse bewoners van Nederland. In de jaren 1940 een fervent onderzoeksgebied. Nog een schaduwzijde van - in de ogen van een aantal Schokker nazaten - de 'grafschennis': de Duitse bezetter destijds hoopte wellicht het onderzoek te kunnen gebruiken om de Arische rassenleer bevestigd te krijgen.


Dit artikel is een compilatie van diverse krantenartikelen.

Het museum van Schokland herdacht de ontruiming van Schokland met expositie van half mei tot eind oktober. Op die expositie was o.a. ook het gerestaureerde en in originele kleuren teruggebrachte Schokker Mariabeeld “Sterre der Zee” uit Vollenhove te zien.
In de aanloop naar deze dag werd met behulp van een hoogwerker Het klokje van Ens (2009) door medewerkers van een klokkengieterij terug in het torentje geplaatst, en even later klonken voor het eerst de klanken van de klok over het drooggevallen eiland.
Presentatie van het boek “Schokland Verlaten”
Dit boek Schokland verlaten - een reconstructie van de ontvolking in 1859 (2009), wat een compleet en goed onderbouwd beeld geeft van de ontruiming in 1859 is een geweldige prestatie van de auteurs Bruno Klappe en Wim Veer, leden van de vereniging en redacteuren van Het Schokker Erf. De aanwezige leden hebben als dank voor deze prestatie Bruno tot Erelid en Wim tot Lid van Verdienste van onze vereniging benoemd. Ook was er veel waardering voor de IJsselacademie. Zonder de professionele ondersteuning van deze stichting hadden we de nu verkregen kwaliteit van het boek niet bereikt.
Verder was er een dankwoord voor dr. Pieter Winsemius die welbespraakt en met veel acteertalent het eerste exemplaar van het boek in ontvangst wilde nemen en daarna de ervaringen van één van zijn voorvaderen met de Schokkergemeenschap moedig en beeldend heeft weergegeven. Na afloop kon worden vastgesteld dat de familie Winsemius en de Schokkernazaten inmiddels vriendschappelijk met elkaar omgaan.
Onthulling plaquette
Na de lunch zijn de 250 Schokker nazaten die deelnamen aan de Schokkerdag uit Ens vertrokken naar het museumterrein op Schokland. Daar heeft de commissaris van de Koningin in Flevoland, de heer Leen Verbeek de bronzen plaquette onthuld van één van de brieven uit 1859 inzake de ontruiming. Ondersteund door zang van het Kamper Schokkerkoor en het luiden van de Schokkerklok hebben de deelnemers kunnen beleven dat de ontruiming van het eiland voor de Schokkers indertijd onontkoombaar was. De rest van de middag hebben we samen, genietend van het mooie weer en met leuke activiteiten, in een sfeer van ontmoeting en herkenning mogen doorbrengen.
Muziekspel
s’Avonds om 19.00 uur werd in ’t Voorhuijs te Emmeloord het muziekspel “De ontruiming van Schokland” opgevoerd. De opera- en operettevereniging La Mascotte heeft daar het verhaal van de Schokkerbevolking en de emotie van de ontruiming voortreffelijk weergegeven. Met circa 160 van de deelnemers aan de Schokkerdag waren we daarbij aanwezig. Toen op het toneel de Schokkerbevolking zich verzamelde bij de haven en de namen van de vertrekkende families werden opgelezen kon je de emotie van de Schokkernazaten in de zaal voelen, en toen we daarna samen, koor en publiek, het lied “Schokland Verlaten” mochten zingen moesten verschillende Schokkers een traan wegpinken.
Theo Grootjen

De vuurtoren is terug op de noordpunt van Schokland, naast de Lichtwachterswoning aan de haven van Oud-Emmeloord. De terugkeer van de lichtopstand is onderdeel van het project Redding Schokland van het Flevo-landschap, beheerder van het gebied. Het project wil de geschiedenis van het werelderfgoed Schokland weer voelbaar maken.
De lichtopstand is symbool van het Zuiderzeeverleden van Schokland. De vuurtoren op de noordpunt moet er omstreeks 1915 zijn geplaatst. Dus meer dan vijftig jaar na de ontruiming van het eiland. Een lichtwachter was er nog wel en de haven van Emmeloord was een schuilplaats voor schepen die de Zuiderzeestormen ontvluchtten. Het gebeurde in een tijd dat steeds meer schepen kozen voor de route 'om de west'. Die was weliswaar gevaarlijker bij storm, maar omdat de zwaardere schepen een grote diepgang hadden was de ondiepe route aan de oostkant van het eiland evenmin van gevaren ontbloot. De lichtopstand verdween toen Schokland opging in de Noordoostpolder.

Eigenlijk is 'vuurtoren' een fout woord voor de vuurtoren die is teruggekeerd bij de haven van Oud-Emmeloord op de noordpunt van Schokland. Het is een havenlicht, bedoeld om schepen te wijzen op de haven van Emmeloord, zegt amateur-historicus Kees Bolle.
Hij deed op verzoek van het Flevolandschap onderzoek naar de achtergronden van het 'havenlicht' en ontdekte hoe weinig er eigenlijk van bekend is. In het archief van de gemeente is geen spoortje te vinden. In het archief in Zwolle loopt het spoor aan het einde van de negentiende eeuw dood. Waarschijnlijk omdat vuurtorens onder verantwoordelijkheid van het Loodswezen, onderdeel van de marine, kwamen te vallen. En dan houdt het ook op. Niets meer over aannemers die moesten zorgen voor voldoende kousjes en brandstof.
Naspeuringen bij het instituut voor maritieme historie en bij vuurtorenkenner Kees Rijkers maakten Bolle weinig wijzer. Het bestuderen van oude foto's en een beetje gezond verstand brachten wel het één en ander aan het licht.
Na de ontruiming van Schokland in 1859 moet er een houten driepoot met lamp op de noordpunt van Schokland hebben gestaan. De lichtwachterswoning is in 1901 gebouwd en er zijn foto's van de woning met de driepoot. In 1908 is er nog een woning gebouwd met een telegraafkantoor. Op die foto staat de fundering van een nieuwe vuurtoren. De telegraafwoning is verdwenen. In 1908 moet er de stalen vuurtoren hebben gestaan, concludeert Bolle stellig. En het licht zat op een hoogte van
Bolle, ook actief voor de Vrienden van Schokland, is blij met de terugkeer van het havenlicht, dat brandde op carbid. Dat geldt ook voor de terugkeer van het spatscherm rond de woning en de markering van de begraafplaats. "Het zijn sfeerbepalende zaken. Kijk: als de directie Wieringermeer sterke shovels had gehad, was heel Schokland plat geschoven. Zo'n puist was alleen maar lastig. En nu is het Werelderfgoed. Dan wil je iets aangeven van wat er was."
Bronnen: Dik van Herwaarden, De Stentor, 10, 21 en 22 maart 2007 en De Flevopost van 09-03-2007. Onderste drie foto’s: Dinie Kamp.

Op de noordpunt van Schokland, in de schaduw van de Lichtwachterswoning, was de katholieke begraafplaats van de Schokkers. Die keerde in 2007 symbolisch terug in de vorm van het kunstwerk van de Amsterdamse kunstenaressen Annet Bult en Marianne Meinema. Het is een onderdeel van het project 'Redding Schokland' van Stichting Flevo-landschap, beheerder van dit gebied, de herinrichting van de noordpunt van Schokland met als doel de terp Oud-Emmeloord tot leven te brengen
De markering komt te staan in een schelpenpad. "Als de zon schijnt, zowel uit het oosten als het westen, reflecteren de namen in het zilver van het schelpenpad"', aldus Meinema. "Dan is het als het ware dat de mensen weer op de begraafplaats liggen".
Bij het graafwerk kwamen de kunstenaressen af en toe nog stukjes been tegen. Zij werkten dan ook precies op de plaats waar in het verleden de begraafplaats lag.
De 36 bekende Schokker namen, aangedragen door de Schokkervereniging, zijn o.a. Stroeve, Toeter, Diender, Klappe, Kwakman en Van Kleef. Ze zijn horizontaal liggend op een hekwerk aangebracht. Dat heeft een omtrek van 46 meter. Massief staal, zoals dat past bij de Schokkers. In het hekwerk zijn drie bankjes verwerkt, van oude bielzen. Het liefst hadden Meinema en Bult het hekwerk ouderwets geteerd, want dat past ook bij de Schokkers – maar dat mag niet meer. Het hekwerk kreeg wel een zwarte tint. 'Ruig en sober zwart', noemt Meinema het. Als de zon erop schijnt, weerspiegelen de namen in het schelpenpad waarin de markering komt te staan.
De hoogteverschillen keren ook terug in de bankjes bij de markering. Eén is van normale zithoogte, twee lopen schuin weg en het vierde bankje heeft een zithoogte van anderhalve meter. Dat is meer een poortje. Meinesma: "Het is geen hekwerk, eigenlijk ook geen markering. Het is meer een monument." Beide kunstenaars, die vaker samenwerken, schreven onafhankelijk van elkaar in voor de opdracht van het Flevolandschap. De beheerder van Schokland vroeg vervolgens beiden hun ideeën gezamenlijk uit te werken. Meinesma: "Wij vullen elkaar heel goed aan."
Bronnen: Dik van Herwaarden, De Stentor 14-02-2007, een rij van 36 Schokker namen; De Flevopost 9-02-2007